Audi et alteram partem
Hoor en Wederhoor
Als ik mijn verhaal schrijf, dan wil ik niet dat het hoeken bevat, of scherpe klanken. De taal moet rond zijn en zacht. Alleen in die vorm kan ik mijn denken overbrengen in een wereld vol kantige contouren. Het is me nog niet gelukt.
Dus daal ik af in m’n binnenste en bezoek ik al m’n uithoeken. Het is daar, in de meest tochtige windstreken waar mijn woorden vorm krijgen. De ruwe laat ik beuken tegen fjorden als woeste golven. Ze vermorzelen stenen en splijten rotsen, zo schaaf ik ze bij.
Totdat er zinnen ontstaan die me aanstaan. Dag en nacht schep ik. De woorden groeien als bloemen om mij heen. Zo onderzoek ik de werkelijkheid, als wordt zij weerspiegeld in een groot innerlijk meer. Hoe bedachtzamer mijn woorden, hoe zachter de contouren van wat ik zie.
Verschillen lossen langzaam op, tegelijkertijd zie ik steeds scherper elk detail. Totdat het spiegelbeeld in het meer langzaam samenvalt met de realiteit. Ik ben het meer geworden en van daaruit kijk ik op naar een grenzeloze wereld.
Het maakt mijn handen tederder, mijn blik inclusiever. Mijn ogen zien ook de miljoenen die niet welkom waren of zijn. Mijn armen hangen ontspannen omlaag, of ze omhelzen aanrakingen. Mijn voeten leren nieuwe paden bewandelen. Ik leer actievoeren.
‘Te velde trekken tegen haat’, aldus Etty Hillesum, wie het pad voor me heeft geëffend. Dankzij haar hoef ik niet helemaal opnieuw te beginnen. Ze verbreedt mijn horizon en helpt me de woorden te vinden voor mijn verhaal.
‘In mij is een overgroot zwijgen, dat groeiende is. En daaromheen spoelen zovele woorden, die je moe maken, omdat men er niets mee kan uitdrukken. Men moet steeds meer nietszeggende woorden sparen om die paar te kunnen vinden, die men nodig heeft. En door het zwijgen heen moet de nieuwe uitdrukkingsmogelijkheid groeien.’
Rainer Maria Rilke, vertaald door Etty Hillesum in haar dagboek ‘Het Verstoorde Leven’
25-5-2023
Marlijn
Schilderij van Etty Hillesum
Acrylverf op papier (A2) door Marlijn